Raadspraat: Geheim
Steeds vaker zijn bijeenkomsten van onze gemeenteraad geheim. Besloten.Vertrouwelijk. Hoe je het ook noemt, u de inwoner mag er niet bij zijn.
Voorbeelden: de vergadering over het Oude Stadhuis (Markt 24), die over de komst van
asielzoekers, en nu de themabijeenkomsten over de plaatsing van windturbines in ons
buitengebied.
Een meerderheid van de politieke partijen in de raad geeft als argument: de
onderhandelingspositie. Ze redeneren dat als de tegenpartij al weet welke kaarten ik in mijn
hand heb, dan heeft hij een sterkere onderhandelingspositie.
In het geval van een projectontwikkelaar kun je je daar van alles bij voorstellen, en ook bij
grondbezitters die hopen hun land duur te verkopen. Dan kun je beter geen informatie geven
over wat je als gemeente van plan bent. Voordat je het weet zijn de prijzen stijl
omhooggeschoten.
Maar het wordt heel vreemd wanneer de tegenpartij de provincie is. U hoort het goed: de
provincie als tegenpartij in de onderhandeling. Wat is er met onze lokale politiek gebeurd dat wij
moeten onderhandelen met een hogere bestuurslaag? Zou dat bestuursorgaan niet als
vanzelfsprekend beleid moeten voeren in het belang van ons inwoners?
De locaties voor asielzoekers en de plaatsing van windturbines vormen het wisselgeld. En het
doel? Meer huizen!
Om uw volwassen kind het huis uit en zelfstandig wonend te krijgen, daarvoor wilt u deze
koehandel misschien wel door de vingers zien. We zijn het er allemaal over eens: nieuwe huizen
hebben we hard nodig voor onze eigen woningzoekenden.
Maar kijkt u er eens beter naar. Meer huizen bouwen voor wie? Het allergrootste deel van die
huizen – meestal twee-derde wordt toegewezen aan statushouders en andere vluchtelingen.
Dat zijn onder meer de asielzoekers van nu die een verblijfsvergunning krijgen. Gemiddeld is dat
85%.
In de onderhandelingen met de provincie moeten we dus vele malen meer weggeven dan wat
we voor ervoor terugkrijgen. Bovendien krijgen we het mes op de keel. Want de provincie zegt
doodleuk: als jullie niet meewerken, dan dwingen we het af.
Argumenten doen er in deze situatie niet meer toe. Over de argumenten vóór en/of tégen
zouden wij immers uitgebreid het gesprek moeten voeren. In vrijheid en openheid en niet
geheim. Of is het uit de weg gaan van de argumenten de echte reden?